DFG Talk over Biobased Materials

Op Design Fest Gent maak je kennis met oneindig veel toepassingen van biogebaseerde materialen. Van een surfplank bestaande uit kurk, tot isolatie gemaakt van hennep, akoestische wanden bestaande uit mycelium of verpakkingen gemaakt van algen. Allemaal natuurlijke materialen die hun weg nog zoeken richting de bedrijfs- en bouwsector. Tal van designers zijn hierin gespecialiseerd, dus lieten we op 28 april een paar ervaringsdeskundigen aan het woord. Een gesprek over de voor- en nadelen, de uitdagingen maar vooral de mogelijkheden.

De zin van biogebaseerde materialen door de kritische ogen van Jasper Bloemen

Ik juich prototypes toe die mensen kunnen inspireren maar we moeten nu gaan beginnen opschalen want net daar schuilt de grootste uitdaging.
— Jasper Bloemen

Door ondernemers en bedrijven te tonen wat het (financieel) potentieel is van – zogezegd – verloren nevenstromen, wil Jasper Bloemen met GLIMPS.bio een mindshift teweegbrengen. Net de combinatie van de menselijke technologie en de schoonheid van biologie is het perfecte recept voor eindeloos veel mogelijkheden. “Biologie zit zo mooi in elkaar dat we met een paar basisbestandsdelen een paar producten kunnen maken.” Volgens Bloemen moeten we ons in de toekomst nog meer focussen op het kweken en gebruiken van levende organismes zoals mycelium, bacteriën of spinnen. “Synthetische biologie is echt de toekomst.”

Toch is het volgens Bloemen belangrijk om met een kritische en vooral heldere blik te kijken naar die biogebaseerde materialen en hun uitdagingen rond industriële opschaling. De tijd van circulariteit en duurzaamheid als vernieuwende buzzwords is namelijk voorbij. “Biomateriaal is pas zinvol als we dat product kunnen hergebruiken”, vertelde de onderzoeker. Er moet worden gekeken naar de End of Life van zo’n product en dus de composteerbaarheid. “Want elk materiaal is afbreekbaar. Plastics zijn dat ook, alleen duurt dat meer dan 100 jaar.”

We hebben verschillende festivals waar we allemaal biogebaseerde materialen tonen, maar die belanden helaas nog te vaak bij het restafval.
— Jasper Bloemen

Biogebaseerde materialen belanden volgens Bloemen nog te vaak bij het restafval omdat het nog niet gegarandeerd is dat die perfect composteerbaar zijn. “Bij recyclagebedrijven verstoren bioproducten vaak het sorteerproces van plastics en dus de recyclage ervan omdat ze het systeem verstoren en de kwaliteit niet verzekerd is wanneer biomateriaal erin verwerkt wordt.” En da’s exact waar wij ons als consument bewust van moeten zijn volgens Bloemen.

Philippe Willems heeft en geeft de sleutel naar duurzame meubels

Een van die mensen die specifiek bezig is met de opschaling van biogebaseerde materialen, is Philippe Willems. Hij ontwikkelt met zijn bedrijf Orineo duurzame bindmiddelen. Daaruit ontstond uiteindelijk OriBond, een 2-componenten thermoharder, die voor 100% gemaakt is uit hernieuwbare grondstoffen zoals houtsnippers of kurkkorrels. Het materiaal is volledig vrij van toxiciteit voor mens, dier en milieu én functioneel zoals het hoort: met bindkracht, chemische- en waterresistentie en mechanische eigenschappen. Afhankelijk van de toepassing vervangt OriBond gangbare fossiele thermoharders zoals epoxy harsen, polyurethaan, polyester of formaldehyde harsen.

Het materiaal, op basis van nevenstromen, is perfect voor de productie van meubels. Want in een wereld van overvloed, moeten grondstoffen steeds ingezet worden in een circulair model voor het welzijn van elke levensvorm. “Het esthetisch aspect wordt vaak vergeten, want natuur kan net heel mooi zijn”, aldus Willems.

Duizend en één mogelijkheden met de Japanse duizendknoop door Knotfactory

De invasieve plant de Japanse duizendknoop – of Japanese Knotweed – verstoort de biodiversiteit in het westen. Toch ontbreekt een eenduidig bestrijdingsplan. Dat maakt van Japanse duizendknoop een onuitputtelijke bron van biomateriaal, in theorie tenminste. Wisselende regelgeving, onzuiverheid van de oogst en het verbod op kweken, staan een kwalitatieve en hoogwaardige productie van duizendknoop in de weg. De variatie aan expliciete opinies over de plantensoort staat bovendien symbool voor de impact van het antropocentrische en koloniale denken. Met Timelab ziet Marieke Maertens in deze mismatch een metafoor voor een falend industrieel productiesysteem en ontwierp ze zeven jaar geleden een vernieuwend productiemodel. Circulair, decentraal, lokaal en met een open netwerk werden producten ontwikkeld uit Japanse duizendknoop: knotplex, knottex en knotpot. Ziedaar de geboorte van de Knotfactory, een netwerk van lokale productie-eenheden met biocomposietmaterialen, 100% biologisch afbreekbaar en met open, toegankelijke kennis.

Pascal Leboucq verruimt de blik van de bouwsector met The Exploded View

Tijdens zijn DFG Talk maakte Pascal Leboucq, Head of Design bij Biobased Creations, hoorbaar, zichtbaar en voelbaar wat tot voor kort nog ondenkbaar was met biogebaseerde materialen.

Vandaag zijn slechts 3% van de materialen in de bouwsector biobased “dus we hebben nog een lange weg te gaan om dit voor mekaar te krijgen”, vertelde Leboucq. Net daarom ontwikkelde hij samen met vele partners The Exploded View, een levensgrote maquette waar verschillende toepassingen van biobased materialen worden gepresenteerd. Voedingsresten, textiel, (riool)water of bacteriën, maar ook local mining, 3D-printing en losmaakbaarheid maken deel van uit.

In de installatie zijn toepassingen en materialen van vandaag, morgen en zelfs overmorgen verwerkt. Van producten die al bestaan, maar nog moeilijk hun weg vinden naar de bouwwerf tot ideeën die nog veel steun en onderzoek nodig hebben om volledig tot ontwikkeling te komen. Net daarom werden voor de maquette veel ontwerpers en bedrijven met elkaar in contact gebracht. Net dat maakt van de maquette een metafoor voor het netwerk dat nodig is om zulke ideeën op te schalen. “Laten we samen dit huis bouwen en niet op eilandjes werken.” Aannemers zijn vaak afwachtend, aldus Leboucq, omdat het vaak over kleine aantallen gaan. Toch zijn er aannemers die dit doorhebben en mee willen investeren. Sommigen telen ondertussen zelf grondstoffen zoals bijvoorbeeld hennep om sneller en goedkoper zulke materialen te integreren in hun dagelijkse werking.

Met Biobased Materials gaan we een beetje terug in de tijd, maar vooral ook een grote stap vooruit.
— Pascal Leboucq

De DFG Talk werd afgesloten door Gentse schepen van Milieu, Klimaat en Wonen Tine Heyse. Vanuit het stadsbeleid ondersteunt ze het belang van circulaire economie en de rol en belang van biogebaseerde materialen in de klimaatuitdagingen. “Het is door samen te zoeken dat we er gaan geraken”, aldus Heyse.

Vorige
Vorige

Het beste van twee werelden

Volgende
Volgende

Hoe we duurzamer kunnen (ver)bouwen